In Europa geven we jaarlijks 12 miljard euro uit aan het vervangen van spullen die ook gerepareerd konden worden. Dat legt niet een grote druk op het milieu, het maakt ons ook afhankelijkheid van andere landen voor grondstoffen. Het stimuleren van reparaties levert veel op: 261M ton aan CO2 reductie, 30M ton grondstoffenbesparing, 35M ton afvalvermindering, 4,8 miljard euro per jaar aan groei en investeringen (Research European Commission, 2024). Reparatie verlengt de levensduur van producten. Het vergroot onze strategische autonomie en verkleint de milieudruk. Of het nu gaat om (kantoor)meubels, machines, gereedschap, speelgoed, fietsen of kleding.
De centrale vraag: Hoe kunnen bedrijven, overheids- en onderwijsinstellingen, ngo’s en consumenten reparatie stimuleren?